Databewaringsrichtlijn levert geen enkel voordeel op

De Europese Commissie is momenteel bezig met een evaluatie van de gecontesteerde databewaringsrichtlijn. Die evaluatie moet uitmaken of het verplicht bewaren van het telefoon- en internetverkeer en de locatiegegevens van 500 miljoen Europeanen in overeenstemming is met onze burgerrechten. Het rapport van de Europese Commissie is gisteren gelekt en wat blijkt? Zoals te voorzien en te verwachten was, toont het evaluatierapport dat de richtlijn op ieder niveau faalt. Ernstige strafbare feiten worden ook opgelost zonder de verplichte gegevensopslag en uit de statistieken blijkt nergens dat de criminaliteit stijgt of dat het aantal opgeloste zaken daalt in de Europese landen die géén bewaarplicht kennen.

EDRI verspreidde hierover een persbericht dat door Bits of Freedom werd vertaald:

De verplichte opslag van telecomgegevens levert niets op, maar schendt op grote schaal de privacy van vijfhonderd miljoen Europeanen. Dit blijkt uit het evaluatierapport van de EU-richtlijn bewaarplicht telecomgegevens van de Europese Commissie, dat op 18 april openbaar wordt. Digitale burgerrechtenbeweging Bits of Freedom en haar Europese koepelorganisatie European Digital Rights wisten het rapport al eerder in handen te krijgen en bekritiseren de analyse van de Europese Commissie in hun parallelle ’schaduwrapport’, dat vandaag (17 juni, nvdr) gepubliceerd is. Daarin roepen zij de Europese Commissie op een einde te maken aan de bewaarplicht telecomgegevens in Europa.

De conclusie van EDRI en co:

Alle Europeanen en Europa’s reputatie voor het beschermen van grondrechten betalen de hoofdprijs voor deze chaotische EU-richtlijn. Het Commissierapport en ons schaduwrapport tonen aan dat de richtlijn op ieder niveau faalt: onze grondrechten worden niet beschermd, er is geen Europese eenheid bereikt met de richtlijn en de bewaarplicht heeft geen noodzakelijke bijdrage geleverd aan het opsporen van ernstige criminaliteit.

Die conclusie is de enige logische. Een dergelijke massale privacyschending hoort niet thuis in een democratie en de richtlijn moet per direct ingetrokken worden. Ze tast de grondrechten van 500 miljoen Europeanen aan en maakt van iedereen een potentiële verdachte. Nu blijkt bovendien uit het evaluatierapport dat de richtlijn niet alleen fundamenteel anti-democratisch is, maar ook gewoon niet werkt en dus zinloos is. Afvoeren dus, die handel.

En ondertussen in België?

De meeste Europese lidstaten hebben de richtlijn ondertussen al geïmplementeerd. Maar ook dat gaat niet zonder slag of stoot. In landen als Duitsland en Roemenië hebben nationale rechters de bewaarplicht ongrondwettig verklaard, terwijl in landen als Oostenrijk en Zweden de nationale parlementen de bewaarplicht niet willen implementeren vanwege privacybezwaren.

In België is de richtlijn nog niet omgezet vanwege de politieke impasse, maar de regering heeft wel reeds een ontwerptekst klaar. Deze tekst beoogt een bewaringstermijn van één jaar voor alle gegevens en gaat verder dan de Europese vereisten door ook het bijhouden van bankgegevens op te leggen. Bovendien worden bijna alle details, van de bewaringstermijn tot de bij te houden gegevens, bij Koninklijk Besluit geregeld zodat het parlement geen inspraak heeft bij wijzigingen. Tenslotte wordt het gros van de kosten doorgeschoven naar de internetproviders, wat de prijzen van internettoegang niet ten goede zal komen.

Met wat nu blijkt uit het evaluatierapport én met in het achterhoofd dat de richtlijn een grove schending van de burgerrechten is, kan een volgende Belgische regering beter geen verder werk maken van de omzetting. Een principiële keuze voor de burgerrechten en dus tegen de richtlijn zou ook hier meer op zijn plaats zijn. De regering kan dat nu ook op basis van sterke inhoudelijke én praktische argumenten, zoals in het schaduwrapport duidelijk gesteld wordt. En ze zou er meteen de principiële stelling aan kunnen koppelen dat ze de rechten van haar burgers wil blijven beschermen.