Hoe copyright tot politieke censuur kan leiden

tiananmen

Jaren geleden dacht Bill Gates dat het wel leuk zou zijn om te investeren in een foto-stockarchief. En als je geld in overvloed hebt, kan je daar meteen ook één van de grootste fotocollecties ter wereld van maken. Tot je het beu bent en dan maar beslist om het hele boeltje van de hand te doen. Dat is heel in het kort het verhaal van Corbis, Bill Gates’ foto-archief dat nu verkocht werd aan het Chinese bedrijf Visual China Group (VCG). VCG sloot meteen een deal met die andere internationale fotobank Getty Images. Getty mag de Corbis-foto’s overal behalve in China verkopen gedurende de volgende 10 jaar.

So far niets speciaals onder de zon. Alleen is er dat ene detail dat de Corbis collectie ook een massa foto’s bevat van de studentenprotesten op het Tiananmen-plein in 1989. Toen de Chinese machthebbers de opstand neersloegen, verloren meer dan 3.000 mensen het leven. Een periode die sedertdien door de Communistische Partij zoveel mogelijk doodgezwegen wordt.

Door de deal met Getty zullen de beelden zeker de volgende tien jaar buiten China nog beschikbaar zijn (binnen China waren ze sowieso al zelden of nooit te zien). Maar het blijft een pijnlijke vaststelling dat de rechten en de controle nu bij een Chinees bedrijf liggen. Dat binnen afzienbare tijd zou kunnen beslissen om het gebruik van de beelden ook buiten China in te perken. Niets zegt dat dit ook effectief zal gebeuren, maar er is op zijn minst wel genoeg reden voor ongerustheid. En op het moment dat dat zou gebeuren, dan wordt copyright nog maar eens synoniem voor censuur en zullen beelden zoals hierboven een schaars goed worden.