Verboden de duiven te voederen, de gemeente ziet u

Hoe ver kan de overheid gaan in het ‘bespioneren’ van zijn burgers? De Standaard gaat in op het debat dat momenteel in Groot-Brittannië gevoed wordt.

In geen land ter wereld hangen zo veel bewakingscamera’s. Het zijn er nu ongeveer 6 miljoen. Dat is een camera voor elke tien Britten. Die kunnen in sommige gevallen hun nut hebben. Maar worden al die camera’s altijd even goed gebruikt? De liberaal-democratische partij heeft er ernstige bedenkingen bij. Via de wet op openbaarheid van bestuur plozen de LibDems uit waarvoor gemeenten hun macht om bewakingsopdrachten uit te voeren, de voorbije vijf jaar zoal hebben gebruikt. Die macht gaat overigens verder dan louter CCTV’s inzetten. De lokale overheden kregen op basis van de Regulation of Investigatory Powers Act de wettelijke mogelijkheid om via geheime afluisterapparatuur, camera’s en zelfs detectives hun burgers in de gaten te houden.

Speelgoed en vuurwerk

Wat blijkt? Gemeentebesturen hebben massaal van de wet gebruik gemaakt. In vijf tijd jaar voerden ze voor ongeveer 55.000 dagen bewakingsopdrachten uit. Maar geregeld leek er toch met een kanon op een mug geschoten te worden.

Enkele voorbeelden? Wolverhampton zette undercoveragenten in om te controleren of er gevaarlijk speelgoed werd verkocht. In Lancaster City werd gedurende elf dagen in kaart gebracht wie hondenpoep niet opraapte. Allerdale, een gemeente in Cumbria, had het dan weer gemunt op burgers die illegaal duiven voederen. En in Westminster werd de illegale verkoop van vuurwerk aan kinderen en de misleidende verkoop van theatertickets nauwlettend in de gaten gehouden. Volgens LibDems-parlementslid Brian Paddick geven de voorbeelden aan dat de wet misbruikt wordt. ‘De wet werd gemaakt om de burgers te beschermen tegen terreur. Burgers bespioneren zou een laatste middel moeten zijn, geen alledaags gebruik. De voorbeelden over de honden en tickets geven aan dat dat niet het geval is.’

Dictatuur, zegt Snowden

De kritiek op het bespioneren van burgers komt op een precair moment. Vorige maand werd in Groot-Brittannië een nieuwe wet aangenomen, de Investigatory Powers Act, die de politie en de inlichtingendiensten nog meer bevoegdheden geeft. De krant The Guardian noemde de wet de ‘meest verregaande in de westerse wereld’ en beklaagde er zich over dat ze werd aangenomen zonder de ‘minste vorm van verzet’.

Wie er zich wel kritisch over uitliet, was Edward Snowden, de Amerikaanse klokkenluider die drie jaar geleden het NSA-spionageschandaal aan het rollen bracht. ‘Het Verenigd Koninkrijk gaat verder dan menig dictatuur’, aldus Snowden. Hij werd bijgetreden door Jim Killock, de directeur van Open Rights Group, een ngo die de rechten van burgers in digitale tijden wil bewaken. ‘Het Verenigd Koninkrijk heeft nu een surveillance-wet die beter past bij een dictatuur dan bij een democratie. De overheid kan burgers afluisteren, of ze verdacht worden van criminele activiteiten speelt daarbij geen enkele rol.’

Verboden de duiven te voederen, de gemeente ziet u