Apache : Privacy geen obstakel voor steeds meer en steeds slimmere camera’s

Op snelwegen en in het straatbeeld komen steeds meer slimme camera’s bij en ze worden voor steeds meer doeleinden gebruikt. We lijken ons daar bovendien steeds minder vragen bij te stellen. Een gebrek aan politieke interesse gooit de privacy van burgers te grabbel, zegt privacy-activist Matthias Dobbelaere-Welvaert.

 Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij Apache. 
 Lees het origineel: Privacy geen obstakel voor 
 steeds meer en steeds slimmere camera’s 

Jan Jambon (N-VA) kondigde in 2016 als toenmalig minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken de uitrol aan van een nationaal cameraschild “om zware misdadigers en terroristen op te sporen”. De ambitie om nieuwe technologieën aan te wenden in de strijd tegen criminaliteit en terreur was in 2014 al opgenomen in het federale regeerakkoord , maar kwam na de aanslagen in Zaventem en Maalbeek in een stroomversnelling.

Vooral het gebruik van ANPR-camera’s won razendsnel aan populariteit. ANPR-camera’s – afkorting van Automatic Number Plate Recognition, automatische nummerplaatherkenning – zijn uitgerust met speciale software die, al dan niet volledig autonoom, beelden kan analyseren, en worden daarom ook wel slimme camera’s genoemd. De technologie kan bijvoorbeeld helpen om gestolen of geseinde wagens snel(ler) te onderscheppen.

In enkele jaren tijd ging het aantal slimme camera’s langs Belgische snelwegen van een paar honderden naar bijna 2.000. In het najaar van 2022 kondigde minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) aan dat daar dit jaar nog eens zoveel bijkomen. Tegen eind 2023 zouden in totaal zo’n 4.200 ANPR-camera’s langs de Belgische autostrades moeten staan.

Ook in stads- en dorpskernen duiken steeds meer ANPR-camera’s op. Daar is bovendien sprake van een duidelijke function creep : een trage maar gestage uitbreiding van de doeleinden waarvoor ze gebruikt worden. Van criminaliteitspreventie en -bestrijding over verkeersveiligheid, naar het handhaven van lage-emissiezones (LEZ) en zelfs van de avondklok tijdens de coronacrisis.

Cash cow

“Veel terroristen zijn er met zo’n camera’s nog niet gevat”, zegt Matthias Dobbelaere-Welvaert , privacy-activist, jurist en directeur van Ministry of Privacy . “Het is wel een goede cash cow ”, een makkelijke manier om de kas te spijzen, voegt hij toe.

Daarmee herneemt Dobbelaere-Welvaert een vaak gehoorde kritiek. Leuven kwam vorig jaar nog in het oog van de storm terecht toen bleek dat slimme camera’s de stad in 2021 zo’n 5,7 miljoen euro hadden opgeleverd aan GAS-boetes voor verkeersovertredingen

Burgemeester Mohamed Ridouani (Vooruit) en schepen van Mobiliteit David Dessers (Groen) haalden zich daarmee de toorn van oppositiepartij N-VA op de hals, die openlijk betwijfelde of de camera’s de stadskas, dan wel de verkeersveiligheid dienden.

Dessers is formeel: hoewel hij de gevoeligheid van het onderwerp begrijpt, zijn de camera’s er in de eerste plaats om een verkeersveilige stad te waarborgen. En daarin zijn ze bovendien “bijzonder effectief”, benadrukt hij.

“In een eerste fase leidt de inzet van camera’s tot meer bekeuringen”, legt hij uit. “Na een tijd droogt dat op en daalt het aantal overtredingen op de meeste plaatsen. Het geld dat in het laatje komt, kunnen we investeren in een kwalitatief openbaar domein en goede mobiliteit. Hoe minder boetes, hoe beter, wat ons betreft. Want dat wijst op een hoge mate van verkeersveiligheid.”

Ook Sofie Aelterman , woordvoerder van de Gentse mobiliteitsschepen Filip Watteeuw (Groen), beklemtoont dat ANPR-camera’s gericht worden ingezet in het kader van “toegangsbeheer van de autovrije gebieden en het handhaven van de lage-emissiezone”.

In de Arteveldestad leverden de camera’s in 2021 zo’n 5,5 miljoen euro op aan GAS-boetes en meer dan 3,2 miljoen euro aan LEZ-boetes. In 2022 ging het respectievelijk om 6 en meer dan 2,5 miljoen euro.

Navraag bij de stad Antwerpen leert dat de zowat 75 ANPR-camera’s daar in 2021 tot 813 GAS-boetes leidden, goed voor meer dan 266.000 euro. In 2022 steeg dat aantal wel spectaculair: op 6 december – de dag van de cyberaanval – stond de teller er op 2.566 GAS-boetes, waarmee 575.882 euro werd opgehaald. Die stijging is volgens perscoördinator Dirk Delechambre vooral te verklaren “door de coronamaatregelen in 2021”.

In de gaten houden

“Zo’n camera kost al snel 50.000 euro, dus dat moet wel wat opleveren natuurlijk”, zegt Dobbelaere-Welvaert. Maar dat streven naar een optimale return of investment is misschien nog de minste zorg. Of slimme camera’s lucratieve ‘ boetevalstrikken ‘ zijn, dan wel onmisbare bondgenoten op weg naar een ecologische en verkeersveilige stad, vormt voor Dobbelaere-Welvaert alvast niet het zwaartepunt van de discussie.

Voorbij het gekrakeel staat minstens één vaststelling als een paal boven water: er zijn steeds meer slimme camera’s, en ze worden voor steeds meer doeleinden ingezet. Gisteren in de strijd tegen terreur, vandaag om lage-emissiezones te handhaven, om autobestuurders te betrappen op gsm-gebruik op gsm-gebruik, zwaar vervoer uit dorpskernen te weren, om bezoekersstromen te monitoren tijdens evenementen, maar ook steeds vaker op vraag van de politiediensten.

Vanaf dit jaar zullen de camera’s in Leuven bijvoorbeeld ook ingezet worden om zogeheten GAS5-overtredingen vast te stellen – snelheidsovertredingen van minder dan 20 km/u boven de toegelaten snelheid. Het stadsbestuur breidt ook de zone die bewaakt wordt slimme camera’s uit.

Met een overdonderende meerderheid van 42 tegen 1 stemmen gaven de Leuvense gemeenteraadsleden afgelopen maandag (30/1) principiële toestemming voor meer slimme camerabewaking , onder meer in Sint-Maartensdal. Dat is een woonbuurt in het centrum van Leuven, maar vooral “een kluwen van pleintjes waar men zich kan verstoppen”, volgens de Leuvense ordediensten.

“Bizar”, liet oppositieraadslid Line De Witte (PVDA) zich ontvallen. Volgens haar is het een nieuwe stap in de verkeerde richting. De Witte vroeg zich luidop af of het wel “nodig is om burgers op elk moment in de gaten te houden”.

Een nogal “dramatische” reactie, pareerde burgemeester Ridouani die kritiek, die volgens hem voorbij gaat aan de baten van slimme camera’s in het bestrijden van criminaliteit en het bewaken van de openbare orde. Zowat de voltallige gemeenteraad volgde de burgemeester in die analyse.

‘Té slim’

De Vlaamse Toezichtscommissie voor de verwerking van persoonsgegevens (VTC) trok meer dan een jaar geleden aan de alarmbel over het gebrek aan politieke visie en een juridisch kader rond toenemend cameratoezicht, en “de tendens waarbij camera’s voor steeds meer doeleinden worden gebruikt”.

Dit vormt een groeiende bedreiging voor de rechten en vrijheden van de burger en vooral een duidelijk privacyrisico volgens de VTC, die toen al aandrong op een “grondig politiek debat rond de noodzaak, wenselijkheid en het beoogd nut van de ANPR-camera’s”.

Ook volgens Dobbelaere-Welvaert hebben we redenen om ons ernstige zorgen te maken. “Het probleem met die camera’s is simpel: ze zijn té slim. Je kan steeds nieuwe software ontwikkelen om de functies uit te breiden. Als je morgen zegt: ‘Ik wil dat die camera’s mensen met een gele rugzak opsporen’, dan kan dat in principe.”

Zo kom je snel terecht op een hellend vlak dat in het slechtste geval uitzicht geeft op politiek misbruik en verregaande surveillance , volgens de privacy-activist. “En wat gaan we dan doen? Die camera’s weer weghalen?”

In tegenstelling tot een smartphone, bijvoorbeeld, bestaat voor slimme camera’s in de openbare ruimte geen makkelijke opt-out, argumenteerde Dobbelaere-Welvaert eerder al in Knack . Eens ze er hangen, raak je er moeilijk weer van af.

Aan gewend

De vraag is ook hoever we eigenlijk al gevorderd zijn op het hellend vlak waarvan sprake, al lijken steeds minder mensen bereid om zich daar openlijk vragen bij te stellen. “Het privacy-activisme is tijdens de coronacrisis wat gekaapt door ‘wappies’; complotdenkers met weinig kennis van zaken”, zegt Dobbelaere-Welvaert. “Dat straalt op ons af, natuurlijk.”

“Bovendien gaat alles heel geleidelijk, en dan word je dat gewoon. Met de oorlog in Oekraïne, de inflatie en de crisis liggen mensen op dit moment ook niet in de eerste plaats wakker van hun privacy.”

Of dat terecht is, valt te betwijfelen. Want dat we de tijd van loutere nummerplaatherkenning intussen lang voorbij zijn, is duidelijk. Slimme camera’s kunnen uitgerust worden met gezichtsherkenning, of met zowat elke toepassing die “drukkingsgroepen relevant vinden”, gaat Dobbelaere-Welvaert verder. Ze kunnen grote mensenmassa’s screenen en monitoren, en ook vandaag al blijven de beelden tot wel een jaar na datum beschikbaar voor retroactief politieonderzoek.

Hoewel dat alles met niet eens zo veel verbeelding aanleiding kan geven tot Orwelliaanse toekomstvisioenen of totalitaire complottheorieën, heeft het grootste probleem in oorsprong wellicht weinig te maken met malafide bedoelingen. Het grootste gevaar is misschien vooral dat de kar voor het paard gespannen wordt.

Zoals de VTC het uitdrukte in haar advies: “Het beslissingsproces volgt de verkeerde volgorde: eerst wordt een risicovolle infrastructuur opgezet, daarna worden de doeleinden ervan bepaald en daarna pas wordt een wettelijke basis gezocht.”

Laissez-faire

Voorlopig blijft het netwerk van slimme camera’s in België zich quasi ongehinderd uitbreiden, niet enkel langs de snelwegen en in Leuven. In Brussel werden enkele weken geleden tien bijkomende ANPR-camera’s geactiveerd en in Gent komen er binnenkort ook nog twee bij. En het gebruik van slimme camera’s beperkt zich niet tot de centrumsteden

Deze groei gebeurt bovendien zonder noemenswaardige juridische of politieke discussie over de mogelijke gevaren van die vergevorderde inzet van identificatie- en locatietechnologieën voor onze privacy en fundamentele vrijheden.

“Er is in België gewoon geen enkele partij die van privacy een speerpunt maakt”, legt Dobbelaere-Welvaert de vinger op de wonde. “Dat is een verschil met Nederland en Duitsland, bijvoorbeeld, waar het debat wel ten gronde wordt gevoerd.”

“Er heerst in België ook een algeheel gebrek aan politieke interesse en daadkracht”, voegt hij toe. “In tegenstelling tot Philippe De Backer (Open Vld) is onze huidige staatssecretaris voor Privacy ( Mathieu Michel (MR), red.) een totaal onzichtbare figuur.”

Burgers zijn in die situatie van politieke laissez-faire amper of niet beschermd tegen de function creep van ANPR-camera’s, die op een steeds meer verregaande manier inbreken op de persoonlijke levenssfeer, volgens de privacy-activist.

“Het debat wordt gekaapt door opportunisme en drukkingsgroepen die bereid zijn privacy in te leveren voor wat zij belangrijk vinden. Of het nu gaat om ecologie, zoals met de LEZ, criminaliteit of verkeersveiligheid. Privacy lijkt steeds van ondergeschikt belang. Pas als België helemaal vol staat met camera’s zullen we misschien de vergelijking met China durven maken, maar we zijn nu eigenlijk al aardig op weg naar zo’n toestanden.”

Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij Apache. Lees het origineel:
Privacy geen obstakel voor steeds meer en steeds slimmere camera’s