Ministerraad geeft (jammer genoeg) groen licht voor dataretentiewet, maar schrapt (gelukkig maar) backdoor

Er is goed nieuws en er is slecht nieuws. De ministerraad heeft het licht op groen gezet voor de herwerkte dataretentiewet, maar de verplichte backdoor voor geëncrypteerde communicatiediensten Whatsapp, Telegram en Facebook Messenger is uit het wetsontwerp verdwenen. Toch blijft er reden voor grote bezorgdheid.

Eerst het goede nieuws. De regering heeft uiteindelijk besloten om de bepaling dat ook Whatsapp, Signal, Facebook Messenger en andere versleutelde communicatiediensten de metadata van hun gebruikers bij moeten houden door een zogenaamde ‘backdoor’ in te bouwen, uit het wetsontwerp geschrapt. Dat achterpoortje had de regering al veel en harde kritiek opgeleverd, van binnen- en buitenlandse security- en privacy-experts, van het Comité I (toezichthouder van de inlichtingendiensten), van de Gegevensbeschermingsautoriteit, zelfs binnen de eigen regering van minister van Telecom Petra De Sutter (Groen) en minister van Defensie ­Ludivine Dedonder.

Toch blijft waakzaamheid geboden. Het achterpoortje werd weliswaar uit het wetsvoorstel gehaald, maar het plan werd daarmee nog niet helemaal afgevoerd. Volgens regeringsbronnen worden de mogelijkheden voor een backdoor verder apart onderzocht. Het zou ons dus niets verbazen als het voorstel op een ander moment weer de kop opsteekt.

Maar wat vooral zorgen moet baren, is dat de inhoud van versie 3 van de dataretentiewet alles behalve tegemoet komt aan de bezwaren van zowel het Europees Hof van Justitie als van het Grondwettelijk Hof. Die spraken zich allebei duidelijk uit tegen een algemene bewaarplicht omdat die in strijd is met onze grondrechten. Het huidige wetsvoorstel spreekt weliswaar niet langer van een algemene bewaarplicht, wel zou de nieuwe wet zogezegd meer differentiëren. Maar door de criteria zo ruim te maken als in het voorstel het geval is, moeten de facto op zo goed als het hele grond­gebied onze communicatiegegevens bijgehouden worden. Dat maakt van de uitzondering opnieuw de regel, terwijl het net dit was waar de rechters hun kritieken op baseerden. De verplichting tot bewaring van communicatiegegevens moet de uitzondering zijn en niet de ­regel. Punt. En het maakt het ook bepaald niet beter dat behalve politie en gerecht in de toekomst ook de Staatsveiligheid, de militaire inlichtingendienst en de ombudsdienst voor telecommunicatie in onze telecomgegevens zullen mogen grasduinen.

Kortom, zoals het er nu naar uitziet, staat ook de nieuwe versie van de dataretentiewet een klacht bij het Grondwettelijk Hof te wachten. En dat is jammer, want de regering had ook gewoon de uitspraak van de rechters kunnen volgen in plaats van ze naast zich neer te leggen.